Soms vergeten we het. Maar de eerste trein op het Europese vasteland reed in België. Van Brussel naar Mechelen, in 1835. Dat gebeurde dankzij koning Leopold I die Stephenson in Engeland losweg was tegengekomen. Na ons bezoek aan Train World in Schaarbeek ben ik daar toch weer even trots op. En eerlijk, zelfs voor een treinenleek als ik is Train World een super-boeiende ervaring. Naast die reusachtige bonken van stoomlocomotieven staan, dat doet toch iets met een mens. Wat een bewondering voor zo veel technisch vernuft! En ook leuk om dit stukje industriële geschiedenis beter te leren kennen. Wat mij het meest fascineerde? Dat lees je hier.
1.Chocoladegeur in de lokettenzaal
Op het moment van ons bezoek aan Train World was er (weer helemaal) toevallig een expo rond Belgische chocolade in de lokettenzaal van het charmante station van Schaarbeek. Belgische chocolatiers Pierre Marcolini en Dominique Persoone werkten zich uit de naad om historische treinen en stations in chocoladevormen te gieten. Zelfs de brochure van Choco Loco geurde naar chocolade :). Maar al gauw ging AL mijn aandacht naar het wonder van de ‘ IJzeren Weg’ en vergat ik de hele chocoladen Train World-omkadering .
Bij de prachtige houten loketten in de Schaarbeekse lokettenzaal ontdekte ik de kaartjes die in vroegere tijden echt geknipt werden door … een kaartjesknipper, vaneigens. Die had een eigen hokje op het perron. En de verschillende kostuums die door de eeuwen heen door het spoorwegpersoneel gedragen werden. Er hoorden zelfs echte galakostuums bij. Wauw! Wat een pracht en praal! De tijden zijn duidelijk veranderd! Spoorwegnostalgici komen hier absoluut aan hun trekken. Of wat vind je van het reuzebord met de vertrekuren die nog manueel moesten aangepast worden?
2.Gefascineerd door historische reuzen
De lokettenzaal is een eerste intro tot de wereld van de spoorwegen. Daarna komt het tweede (en meest indrukwekkende) deel van de trip down memory lane, in een aparte hal. Hier is het dan, the real thing : in de gigantische hal staan drie historische stoomlocomotieven geheimzinnig te blinken in het halfduister. Alsof ze zo op je af komen gereden. Ondertussen raast op een digitale kaart de geschiedenis van het spoorwegennet in België voorbij. Maar ach, die locomotieven! Om je hart aan te verliezen! En ook het perspectief zorgt ervoor dat je aan den lijve ervaart wat een ijzeren reuzen dit eigenlijk zijn. Hoe anders is het om op ware hoogte naast zo’n kanjer te staan dan vanop het perron in de trein te stappen.
stoomlocomotieven Pays de Waes (1845, 60 km/u) en Type 18 (uit 1905)
In mijn hoofd hoor ik het geratel van de wielen terwijl de rook alle richtingen uitwaaiert en de stoomfluit gilt. Wat moet dat geweest zijn in 1835 toen het Staatsblad het geruststellende bericht publiceerde dat bij een snelheid van 37 km per uur de menselijke ademhaling dan toch niet gehinderd werd in de trein!
Alle namen
In de eerste helft van de 19de eeuw hadden ook alle stoomlocomotieven een eigen naam: “Le Lion Belge, Le Pays de Waes, La Flèche,..”. Echte helden dus! Na 1870 eindigde deze vorm van vermenselijking en was het de gewoonte dat fiere constructeurs hun naamplaatjes op de locomotief aanbrachten. België had zo veel technische know-how op dat moment dat er zo’n 11.000 locomotieven uit Belgische werkplaatsen de wereld inreden. Het ging vooral om Waalse constructeurs, maar ik ontdekte toch nog plaatjes van een Mechelse en een Leuvense constructeur:
Locomotieven van vroeger en nu
Ronduit prachtig is ook de legendarische laatste Belgische stoomlocomotief uit 1939: Type 12 Atlantik, voor de kenners. Zelfs nu zie je nog hoe modern deze prachtige aërodynamische trein toen moet geweest zijn! Brussel- Oostende deed hij zelfs in 57 minuten!
Maar de dagen van de stoomtrein waren geteld. Er kwamen dieseltreinen en in de jaren ’50-60 tenslotte elektrische treinen.
3.Seinwachtershuis en seinen
Ook verrassend is het seinwachtershuis dat zo maar in de hal geïntegreerd is. Het is een authentiek spoorweghuisje dat in het begin van de twintigste eeuw op deze plek werd gebouwd en is blijven staan! Vroeger zag je ze overal bij overwegen, maar de meeste zijn ondertussen afgebroken wegens overbodig. Ik vond ze altijd erg gezellig lijken.
Het huis is een hulde aan de vele mannen en vrouwen die dag in dag uit aan het werk zijn voor de spoorwegen. Want treinen zijn niet alleen een kwestie van techniek.
Grappig zijn ook de vele borden, tekens, seinen en lichten die er langs overwegen en stations gebruikt worden.
4.Treininterieurs
Bijna even fantastisch als de gigantische locomotieven zijn natuurlijk de verschillende soorten treininterieurs waar je echt in kan klauteren. Na al dat moois kriebelt het natuurlijk om zelf ook eens een kijkje te nemen IN zo’n trein. In niet-coronatijden is er nog meer mogelijk, vermoed ik. Maar niet getreurd, het is super-leuk om op de houten bankjes te zitten, de waarschuwingsopschriften te lezen, of door de raampjes de dure stoffen en de luxueuze inrichting te bewonderen. Dat is absoluut het geval bij de ‘wagon-lits’ nachttreinen en de koninklijke trein die hier nagebouwd is. Exquis meubilair, wastafeltjes in Delfts blauw, designlampjes en -servies: o-la-la!
En dan is er de posttrein! Die nam de rol van de postkoetsen over. Ook in gewone reizigerstreinen waren er postrijtuigen. Ik had er nooit bij stilgestaan dat onze brieven ook op de trein gesorteerd werden.
5. Op tijd voor de trein
En nog een weetje: dankzij de trein lopen alle klokken in België gelijk. De trein was hét transportmiddel voor goederenverkeer. En dus was het tijdens de industrialisatie van de 19 de eeuw super-belangrijk om treinverkeer en handelsactiviteiten op elkaar af te stemmen – kwestie van de trein niet te missen. Daarom werden klokken in heel België gelijk gezet met die van …het spoorwegnet !
6. Affiches en kunst
Fascinerend zijn ook de oude affichecampagnes, en de merchandising van de Belgische spoorwegen.
Naast deze toegepaste kunst is er echter ook ‘echte’ kunst te spotten. Ik bewonderde de 4 kleine schilderijtjes van Paul Delvaux (twee met de titel ‘Gare la nuit’, en twee met de titel ‘Gare de jour’). Ze hingen eerst in het kantoor van NMBS-baas Sophie Dutordoir, maar zij vond dat ze voor iedereen toegankelijk moesten zijn en liet ze naar Train World overbrengen. De vier werken dateren uit 1963 en werden ooit besteld door de NMBS.
Daarnaast is er nog één groot werk van Delvaux aanwezig dat is blijven hangen na de vorige expo over de ‘man die van treinen hield’.
7. Het einde van ons bezoek aan Train World: treintje rijden
Tot slot is het natuurlijk ook een belevenis om virtueel een trein te besturen. En dat zonder wachtrijen, een voordeel van de tijdslots in corona-tijden. Dus we kunnen direct het kind in onszelf naar buiten laten. Om treintje te spelen. Een grappige en fijne afsluiter van ons bezoek aan Train World.
En hoe dacht je dat we naar huis gingen?
Juist ja!
Alle praktische info vind je op de website van Train World
Ook leuk om te lezen:
Dank je wel! Kijk ik echt naar uit om een keer te doen.
Ik vond het een fijne namiddag- zelfs voor niet-treinen-freaks :)! Zeker een aanrader!
Stond dit jaar op onze planning, maar is er – o.a. door corona – niet van gekomen. Hopelijk volgende vakantie, ziet er inderdaad de moeite uit.
Leuk stukje treingeschiedenis! En die echte treinwagons en locomotieven 🚂 zijn fantastisch om van dichtbij te bewonderen!
Beste wensen voor 2021 al !
Wij bezochten train world précorona (en ook préchocolade). Zelfs zo boeiend genoeg voor niet-treinen-freaks.
Pré-chocolade? Dat kan ik bijna niet geloven :D! Maar inderdaad, super-boeiend om hier rond te lopen en vooral: naast en in die verschillende reusachtige treinstellen te staan!
Oeh, ik zou dat Choco-Loco heel slecht trekken denk ik…te verleidelijk! Leuk ook om die oude posters te zien, vind dat altijd wel tof!
Ja, die chocoladegeur heeft wel iets :D. Maar er is zo veel te zien dat je eerlijk gezegd er snel aan gewend bent. En die oude affiches: prachtig gewoonweg!
Ik bezocht het museum dit najaar! Nog geen chocolade toen 😉 Met zo’n luxetrein zou ik héél graag gereisd hebben zeg, compleet met bedden en salons, wauw.
Je moet je moment weten te kiezen hè ;)! Maar eerlijk: ik heb veel meer naar de treinen dan naar de chocolade gekeken – moeilijk te geloven maar waar! En die luxetreinen: keek ik ook naar met flink wat nostalgie. Zalig moet dat geweest zijn!