De Tempeliers: de naam alleen al spreekt tot de verbeelding. Het rode kruis op het witte veld, de koene monniken-ridders, de vermeende schat van een machtige en mysterieuze orde,… Geen wonder dat we afsloegen bij de wegwijzer “Tomar” in Midden-Portugal! Deze charmante hoofdstad van de Ribatejo-streek ligt langs de pelgrimsroute naar Santiago en kan prat gaan op een indrukwekkend 12de eeuws Tempeliersfort dat de omgeving domineert. Het werd later zelfs het hoofdkwartier van de Christusorde en overal in de stad vind je daarvan nog bewijzen. Wauw! In het spoor van de Tempeliers in Tomar dus.
Naar de Tempeliersburcht, het Castelo de Tomar
Vanuit onze hotelkamer bij de rivier zien we de burcht al op de heuvel liggen. De Tempelorde kreeg dit lapje grond in Midden-Portugal van de Portugese koning als dank voor haar aandeel in de strijd tegen de Moren. Het jonge Portugal was in de 12de eeuw immers net als het Heilig Land ‘kruisvaardersgebied’. Na de herovering van Lissabon en Santarem bewaakten de Tempeliers het veroverde gebied en bouwden er hun forten en kloosters, zodat er rust kwam in de streek. In 1160 gaf de grootmeester van de Portugese Tempelorde de opdracht voor de bouw van de vesting in Tomar. Via het oude stadsdeel vatten wij, bijna 900 jaar later, de klim aan naar de top van de heuvel. Door de stralende zon en een temperatuur van 38°C verspillen we heel wat kostbaar lichaamsvocht, maar voor zo’n Tempeliersburcht moet je wat over hebben, toch?
Machtige vesting
Boven aangekomen ben ik geïmponeerd door de lange vestingmuren die wel eindeloos lijken door te lopen. Ik dacht een halve ruïne aan te treffen, maar ondanks haar gevorderde leeftijd van ruwweg 900 jaar blijft er ontzettend veel overeind van deze statige burcht! Sommige delen zijn al gerestaureerd, maar andere ook niet. De resten van het binnenhof en de voormalige koninklijke vertrekken doorkruisen we bewonderend. Koninklijke vertrekken? Filips II besteeg hier in de 16de eeuw de Portugese troon, en die man moest toch ergens logeren! Snel wat verfraaiingen doorgevoerd aan de oude vesting van de ridderorde en klaar is kees!
Door de eeuwen heen werd het Tempeliersfort uitgebreid en verfraaid. We verkennen de vestingmuren en de oude donjon, daarna trekken we naar de kern van het complex: de merkwaardige ronde tempelierskapel. Oorspronkelijk stond het oude tempeliersfort los van de kapel, maar prins-kruisvaarder Hendrik de Zeevaarder legde een kruisgang aan tussen de burcht en de (unieke!) Tempelierskerk.
Jeruzalem achterna
De machtige ridderorde van de Tempeliers had dus een stevige voet aan de grond in Tomar. Jammer genoeg werd de Tempelorde na 200 jaar al opgedoekt door de Paus: ze kreeg een beetje te veel macht. In Portugal vonden ze daar iets op: prompt stichtte Hendrik de Zeevaarder de Christusorde. Zij erfde alle bezittingen en goederen van de Tempeliers -‘what’s in a name’ moet Hendrik gedacht hebben, en hij bombardeerde zichzelf al dadelijk tot grootmeester van de orde.
De Rotonde van de Tempeliers
Tomar werd het hoofdkwartier van de Christusorde en de rijkelijke versieringen aan het 15de eeuwse kerkportaal zijn daarvan een overtuigend bewijs. Ik had een traditionele kerk verwacht, maar plots stap je vanuit een donkere, koude (zelfs bij 38°) gang in een reusachtige ruimte met een soort oksaal waar eertijds de monniken-ridders sliepen. Aansluitend is er een reusachtige beschilderde boog die een huizenhoge zestienhoekige toren (de oorspronkelijke tempelierskerk) met daarin een centrale achthoek van altaren verbindt met het bijgebouwde ‘schip’. (Acht is het symbool van oneindigheid en eeuwig leven, Christus verrees op de achtste dag. )Klinkt vrij symbolisch en mathematisch allemaal, maar als je die kleuren, die pracht en praal ziet…wauw-gevoel ten top!
Mijn favoriet zijn de oude muurschilderingen. De overdadige tierlantijntjes, het klatergoud en de barokke latere decoraties zijn een beetje ’trop’ naar mijn smaak. Maar hoe kunstig! En hoe bijzonder is de vorm van deze bidkapel. Ik ben nog nooit in Jeruzalem geweest, maar het ontwerp zou gebaseerd zijn op de ronde graftombe van Jezus in de H. Grafkerk, hét nec plus ultra van de Tempeliers natuurlijk. De (gerestaureerde) schilderijen, fresco’s en het vergulde beeldhouwwerk schitteren en weerspiegelen overdadig de rijkdom van de Christusorde. Onmogelijk om dit in woorden te beschrijven!
Het klooster van Tomar: Convento de Cristo
Het mag duidelijk zijn: de Christusorde bouwde in de 15-16de eeuw (en later) een heel klooster tegen het oorspronkelijke Tempeliersfort aan. Of beter: een heleboel kloosters, zo lijkt het wel.
We dwalen van de ene kloostergang naar de andere. Ik denk dat we er wel vijf zien, naast en zelfs boven elkaar. Want er zijn verschillende verdiepingen. Telkens met tot bezinning oproepende binnenplaatsen, omgeven door het rustgevende ritme van galerijen met ronde bogen of spitsbogen, kunstige keitjespatronen op de vloer, waterspuwers en gekke gezichtjes tegen de zuilen. Het symbool van het kruis is overal aanwezig. Bij de belangrijkste kloostergang begeleidt het geklater van een fontein me naar de terrassen aan de buitenkant. Ik val van de ene verbazing in de andere. Geen idee dat het hier zo groot was.
Portugees icoon
In de bovenste galerij krijgen we nog een mooi zicht op het beroemdste venster van Portugal: uitzinnig gedecoreerd geeft het een inkijk naar de kapittelzaal en de prachtige Tempelierskerk. In volle glorie krioelen fruit (vruchtbaarheid)- en zeemotieven (veroveringen van de zeenatie)in dit uitbundig beeldhouwwerk door elkaar, alles ter ere van kroon en kerk, de Portugese koning en de Christusridders. En hun veroveringen…Bovenaan prijkt het achtpuntig kruis van de Tempeliers. Zij waren immers nauw betrokken bij de verovering van overzeese gebieden: het rode kruis van de Christusridders sierde zelfs elk zeil van de schepen van de ontdekkingsreizigers. Later op de dag spotte ik in het stadje zelf nog een mozaïek van het beroemde kapittelzaalvenster.
Kloostergebouwen
Daarnaast doorkruisen (pun intended:)) we nog de voormalige kloosterkeuken, de gigantische refter – mèt preekstoel, want tijdens het eten werd er niet gepraat, wel geluisterd naar heiligenlevens of bijbellectuur- de kapittelzaal, de eindeloze gangen met kloostercellen en een waterbassin onder de grond. Door de vallei loopt er een aquaduct van 6 km lang naar de zuidgevel van het klooster. Op die manier was een watervoorraad aanleggen een fluitje van een cent.
We zijn al gauw enkele uren zoet met het exploreren van dit complex. Wat een rijke geschiedenis van wat wij aanzagen als een slaperig provinciestadje!
De Tempeliers in Tomar?
Allemaal goed en wel, die Tempeliers -of Christusridders – op hun berg, maar deden ze ook iets voor de stad? Absoluut. Eigenlijk werd de stad bij een doorwaadbare plaats in de rivier (‘Tomar’ zou afgeleid zijn van het Arabisch woord voor ‘rivier’)zelfs gesticht door kruisvaarder Gualdim Pais, de Grootmeester die het fort liet bouwen. De Tempeliers beschermden de streek, zodat er zich mensen kwamen vestigen- in feodale omstandigheden weliswaar. Ze lieten de rivieroevers verstevigen, installeerden olijfpersen en een waterkrachtsysteem dat tot de 18de eeuw in gebruik bleef. Altijd nuttig natuurlijk als je landgoed ook wat opbrengt. Om oorlog te voeren heb je geld nodig.
Feit is dat de Tempeliers ook de grondslag legden voor de latere spinnerijen, die veel later dan weer de aanleiding waren voor de bouw van een elektriciteitscentrale. Middenin de stad zie je nu nog de bakstenen schoorsteen van dit industrieel erfgoed. Tomar was de tweede stad van Portugal die elektrische verlichting had. Al op het eind van de 19de eeuw werd er hiermee geëxperimenteerd!
Verder zijn er nog tal van plekken in Tomar die verbonden zijn met de Tempeliers: het bos Mata dos Sete Montes is volgens de overlevering de plek waar de inwijdingsrituelen van de Tempeliers plaats vonden, en in de kerk Igreja de Santa Maria do Olival (12e eeuw) vind je nog de graftombes van verschillende grootmeesters van de Orde.
Stad van ridders, elektriciteit en …
En zo kan ik nog wel even doorgaan over Tomar. Maar voor wie niet zo geïnteresseerd is in geschiedenis of architectuur: Tomar staat, naast de Tempeliers en de elektriciteitscentrale, bekend om zijn heerlijke en originele… gebak! Dat ontdekten we heel toevallig ter plekke – echt! In een geweldig thee-en ijssalon. ‘Estrelas de Tomar’ is het meest beroemde. Maar wij lieten ons volledig gaan in ‘Pastelaria Tropical’. Een iets prozaïscher etablissement. Maar hééérlijk om er ’s avonds na een dagje citytrippen een dessertje te snoepen. Wij proefden al voor. En kunnen het jullie alleen maar aanraden! 🙂
Ook leuk om te lezen:
Prachtig!
Schitterend. Voor jouw blogs ga ik zitten en genieten.
Heel blij met jouw lieve reactie! 😊🙏🏻
Prachtig! Mijn man was vorig jaar in Portugal en hij wilde dit nog bezoeken. Helaas is hij er niet geraakt. Hij kan hier in ieder geval meegenieten!
Ongelooflijk groot complex! En gezellige stad ook. Dat hebben jullie nog tegoed 😉🤞!🏰
Dank voor dit mooie verslag. Ik moet nog altijd voor de eerste keer naar Portugal en het is me duidelijk dat dan Tomar op het programma komt te staan.
Graag gedaan hoor ;)! Voor een cultuurminnaar als jij is Tomar echt heerlijk!
Wow, prachtig! Echt iets om te onthouden.
Heel mooi stadje voor een paar dagen!
Wauw wat gaaf! Ik vind de tempeliers en de soms mysterieuze geschiedenis eromheen zo indrukwekkend. Zou daarom al naar deze burcht willen. Tof dat de lokale elementen zoals de azulejos ook terugkomen bij het bouwwerk.
Ja, intrigerende geschiedenis, die Tempeliers. En best een imponerend een boeiend bouwwerk in Tomar!
Wow…die burght lijkt me heel erg tof. Ik houd van geschiedenis dus dit spreekt mij zeker aan.
Kastelen doen altijd dromen. Ook al gebeurden er soms vreselijke dingen :).
Klopt, ik pas het direct aan! Fantastische man moet dat geweest zijn! Dankjewel!