De laatste zonnige nazomerdagen. Nog even genieten van de zacht-koesterende stralen van de herfstzon. Op een charmant terras van een bijzondere historische woonst bijvoorbeeld. Zoals in Ename-Oudenaarde. Daar gingen we op theevisite in Huis Beaucarne. En ontdekten dat de langgerekte statige 18de eeuwse rijwoning, naast een romantische binnenkoer en een verwilderde tuin, heel wat verrassende verhalen verbergt.
Huis van notarissen, revolutionairen en schrijvers/sters
De naam Beaucarne heeft een zekere faam in Ename. Deze notarissenfamilie bracht er heel wat burgemeesters voort. Eén van de illustere voorvaderen, Louis Beaucarne, speelde zelfs een -weliswaar kleine- rol in de onafhankelijkheid van België. Hij was lid van de revolutionaire beweging en mocht mee stemmen voor de eerste koning van België. Zijn favorieten waren de hertog van Leuchtenberg, en Surlet de Chokier. Jammer genoeg voor hem dacht de meerderheid van het Nationaal Congres daar anders over. En werd ene Leopold Van Saksen-Coburg de eerste Belgische koning.
Banden met de abdij van Ename
Het huis in de Beaucarnestraat nummer 9 was in Louis Beaucarne’s tijd al in familiebezit. Louis’ grootvader, Jacques Beaucarne (1711–1780) kocht het historische pand in 1748. Het bevond zich vlakbij de machtige abdij van Ename. Verschillende Beaucarnes zorgden voor het financiële beheer van de abdij, de familie had nauwe banden met de benedictijnen. Zo nauw zelfs, dat er een onderaardse gang zou zijn die abdij en woonhuis verbond. Met welk doel? Werden er schatten verborgen of weggebracht? Dat is nog altijd een mysterie.
Tijdens de Franse revolutie werd de abdij vernietigd maar de Beaucarnes konden het archief en een aantal kerkschatten redden. In Huis Beaucarne zijn een aantal van deze schatten naast ook andere historische objecten en memorabilia uit de afgelopen eeuwen terug te vinden. In uitstekend bewaarde salons en kamers. Dat is te danken aan het feit dat de herenwoning tot vandaag in handen van afstammelingen van dezelfde familie is gebleven. Huis Beaucarne is ondertussen beschermd en nazaat Julien Fornari probeert met zijn vriendin Lena Vastesaeger het huis – waarin ook zijn oma nog woont – nieuw leven in te blazen.
Literaire connecties
Het mag ondertussen al duidelijk zijn dat de Beaucarnes zowel met wereldlijke als geestelijke machthebbers goeie relaties onderhielden. Maar ook in kunstzinnige kringen waren ze thuis. In de 18de en 19de eeuw maakten ze deel uit van de intellectuele en literaire beau monde van de streek. Louise Beaucarne trouwde met schrijver Simon Fredericq en ook met de niet onbemiddelde families Buysse en Loveling kwam een band tot stand via het huwelijk van Augusta Beaucarne met Arthur Buysse, de broer van schrijver Cyriel Buysse. De literaire connectie zette zich later door: de oma van Julien Fornari is een dochter van schrijfster Suzanne Lilar en Minister van Staat Albert Lilar, en de zus van schrijfster Françoise Mallet-Joris(1930-2016).
Op theevisite
Maar hoe zat het met onze ’tea for two’ in Huis Beaucarne?
De langgerekte gevel aan de Beaucarnestraat imponeert, maar ziet er tegelijkertijd ook een beetje verlopen uit. Ik vraag me af of we wel bij het juiste pand beland zijn. De grote poort naar de binnenkoer staat gelukkig wijdopen, en een keer binnen, krijgen we een betere indruk van de grandeur die de woning vroeger uitgestraald moet hebben.
Enkele bezoekers nippen ontspannen keuvelend van hun thee – of cava- onder een partytent, maar wij steken met plezier de gezellige binnenkoer over naar een tafeltje bij de doorgang naar de tuin. Het witgeverfde smeedijzeren tuinbankje lijkt zo uit één of andere romantische Jane Austin verfilming weggekaapt te zijn. We nestelen ons in de schaduw van een reusachtige moerascypres, terwijl tegenover ons weelderige klimrozen de muren sieren. In de serre waar ooit orchideeën bloeiden, worden de versnaperingen geprepareerd. Kortom: romantiek tot en met.
Kunsthistoricus en kelner
Blijkt dat de man die ons bedient, kleinzoon Fornari himself is. Vol trots vertelt hij over het familiepand en over de acties die ze ondernemen om het in ere te herstellen. Ik blader door de foto’s in het glamoureuze Engelstalige interieurtijdschrift dat hij erbij haalt. We horen verhalen over geheime archieven, bijzondere collecties, antiek speelgoed, een buste van Napoleon, … En bekijken foto’s van tjokvol gestouwde historische interieurs. Tot onze teleurstelling zijn er alleen in het weekend rondleidingen in het huis. Fornari en zijn vriendin hebben immers een job, terwijl ze tussendoor thee en taart serveren, plantjes verkopen, rondleidingen verzorgen, de boel onderhouden, restaureren en vooral : fondsen werven plus subsidiedossiers samenstellen. Een werk van lange adem, dat staat vast. Chapeau!
Wij genieten ondertussen van de heerlijke lekkernijen op ons bord en sponsoren ook een kleine privé-rondleiding in de tuin die Julien Fornari ons nog geeft.
Secret garden
De (historische) tuin ziet er geheimzinnig en wild uit. Als je op straat voor het huis staat, kan je je niet voorstellen dat erachter nog zo’n diepe lusthof schuilgaat. En vroeger was hij nog groter!
Aan de voet van de moerascypres klaterde vroeger het water van een beek die langs de abdij van Ename kronkelde. Vaag kunnen we nog iets onderscheiden van de oorspronkelijke 18de eeuwse Franse tuin met een perspectief van taxuszuilen en arcadebogen. Maar de sfeer van de romantische Engelse tuin – met borders- overheerst. Denk: beelden, een rotstuin, slingerende paden en enkele uit de kluiten gewassen unieke bomen. Al lijkt alles nu wat door elkaar te bloeien en groeien.
Ooit telde deze tuin zelfs 6 (!) Hollandse serres. Die waren de passie van orchideeënkweker Jean-Baptiste Beaucarne (1802-1889). Nu blijven er slechts twee over: de vroegere orchideeënserre en… het fascinerende witte gebouw achterin de tuin, de 18de eeuwse orangerie/druivenserre.
Turkse tent
Julien Fornari toont ons foto’s. De opvallende orangerie is een ongelooflijk stukje historisch erfgoed. Met dit luxueus ‘spielereitje’ wilden de 18de eeuwse eigenaars een exotische sfeer oproepen voor hun gasten, alsof er een ‘Turkse Tent’ in de tuin stond. Enkele vage restjes kleur op de buitenmuren roepen nog de streepmotieven van die Turkse Tent op. Verder: woekerend groen, kapotte ruitjes, verdwenen beelden…De bewoners dromen ervan om de serre te restaureren.
Binnen heerst er een betoverende sfeer. Alsof de tijd hier heeft stilgestaan. Via de openingen in de ramen klimmen druivelaars van 250 jaar oud naar de bovenste verdieping die nog extra op het bouwwerk werd geplaatst. Verwonderd kijken we naar de planten die door de eeuwen heen de druivenluisplaag hebben overleefd. Ze leveren nog elk jaar kilo’s sappige eetdruiven van het oude Frankenthaler ras op. Uniek!
Olifantenpoot
En tot slot nog een laatste leuk verhaal verbonden met de familie Beaucarne en hun woning in Ename. De hoofdrol wordt weggekaapt door Jean-Baptiste Beaucarne, de man van de orchideeënserre. Hij was een enorme plantenliefhebber, -kweker en -verzamelaar. Halfweg de 19de eeuw bracht hij van één van zijn reizen naar Mexico een plant mee met fijne bladsprieten en een bolle stam. In zijn serre in Ename slaagde hij als eerste erin om deze plant in Europa te kweken. Prompt kreeg de plant de naam ‘Beaucarnea recurvata’ – in de volksmond: ‘Olifantenpoot’. Op dit moment is het een super-populaire kamerplant die ook nog heel makkelijk te onderhouden is ( ik spreek uit ervaring). In het wild is de vetplant jammer genoeg bedreigd omdat zijn natuurlijke omgeving verdwijnt. Feit is wel dat de naam ‘Beaucarne’ voorgoed onsterfelijk werd door de uit de hand gelopen hobby van de Enaamse notaris.
Tot slot
Kortom, een ontdekking is dit dus, het Huis Beaucarne in Ename-Oudenaarde. Een plek waarvan het laatste geheim nog niet ontraadseld is. En ook al bezochten wij alleen de tuin: fantastisch om te zien hoe twee jonge mensen zich inspannen om een plek vol prachtige verhalen een nieuw leven te geven.
Praktische info: Sinds januari 2018 is het Huis Beaucarne officieel geopend voor het publiek. Van mei tot oktober kan je wekelijks van vrijdag t.e.m. zondag genieten van bubbels of een heerlijke Afternoon Tea op de zonovergoten binnenkoer.
Ook leuk om te lezen:
Een mooie ontdekking!
En ook wat onverwacht. Toen we het huis aan de straatkant zagen, dacht ik eerst dat het niet meer te bezoeken was. De verrassing was des te groter toen de inrijpoort openging!
Nog eentje voor up de must visit lijst. De plek was me bekend, maar tot nu toe nog niet bezocht. Ziet er heerlijk uit om daar een afternoon tea te bestellen.
Ik had graag ook het interieur gezien, maar met het mooie weer van een afternoon tea op de binnenkoer genieten was ook niet te versmaden 😉
Blijkbaar een echt plekje om te ontdekken..Bedankt voor de tip..
Zoals je op de foto’s ziet, is er nog heel veel restauratiewerk. Maar de binnenkoer op een laatzomerse dag had zo veel charme! En dan die geschiedenis van het huis en zijn bewoners! Ik kon niet anders dan erover schrijven :)!<3
Als stenen niet meer leesbaar zijn, dan sterven de verhalen uit. Misschien gaat dat hier, ondanks alle inzet, gebeuren. Ach, soms moeten gebouwen ruïnes worden en dan neemt de natuur het over. Een Moerascipres of Olifantenpoot leeft langer dan ene meneer Beaucarne.
Mooi gezegd. Ook al betreurt de nostalgicus in mij dat wel een beetje ;). Maar uiteindelijk waar.
Weer een echt Wanderfull ontdekkingsverhaal. Dank!
Genieten, hé, van die verhalen☺️? Soms zo verrassend wat er in een klein hoekje allemaal bij elkaar zit!